In ‘De buitenjongen’ volgen we een dertigjarige schrijver met writersblock die zich terugtrekt in de bergen. We volgen hem gedurende vier seizoenen, maar het is een aanname als ik zeg dat het Paolo Cognetti zelf is. Het was aangenaam kennis te maken met een boek van Paolo Cognetti, het is goed bevallen.

Dit boek deed iets bijna onbeschrijfelijks met mij. Al na vijf bladzijden voelde ik een bepaalde rust en die is niet meer weggegaan. Je voelt eenzaamheid, maar toch ook weer niet. De schrijver is wel in gezelschap van een paar mensen, maar toch met een zekere afstand.
Ik voelde me thuis in de bergen door de beschrijvingen van de natuur en de rust, ondanks dat ik nog nooit in de bergen ben geweest.

“Tien maanden per jaar voelde ik me gevangen in nette kleren en in een gezagssysteem vol regels waaraan je je diende te houden; in de bergen schudde ik dat allemaal van me af en gaf ik mijn ware aard de ruimte.” Alsof een bepaalde omgeving een transformatie in iemand teweeg brengt. Dat wat Cognetti schrijft over de vrijheid in de bergen ervaar ik op mijn vaste vakantieplek aan de Franse kust. Het lukt mij niet te omschrijven hoe ik mij daar voel, maar Cognetti drukt in woorden uit wat ik voel.
De vreugde om het feit dat je een lichaam had dat weer in harmonie met zichzelf kwam als het zich in zijn element voelde.”

Tijdens het lezen zat of lag ik vaak zo stil dat ik het altijd koud kreeg en ik echt dacht dat ik in de bergen was. Als ik uit een raam keek bleek daar helemaal geen berg te zijn, laat staan sneeuw. De manier waarop Cognetti schrijft is beeldend waardoor ik mij de omgeving eigen maakte en het net was alsof ik er zelf woonde.
De rust in het boek en het terugtrekken uit de drukte van de dag zette mij aan het denken aan hoe wij als mensen eigenlijk zijn. Ineens gaf Cognetti antwoord op mijn vraag. “Een nijvere, schadelijke soort, geheel gericht op eroderen, platgooien, koloniseren: zo zag de mensheid eruit vanaf een bergkam, waar je om te leven alleen maar wat hoefde te grazen en in de zon hoefde te gaan liggen.”

In ‘De buitenjongen’ maakt Cognetti ook gebruik van citaten van andere auteurs om bepaalde gevoelens of gebeurtenissen kracht bij te zetten. Soms werkte dit wel en een enkele keer ook niet, wat mij betreft was dit niet per sé een toevoeging aan het boek.
Hetgeen wat ik erg mooi vond aan zijn schrijfstijl, is dat het lijkt alsof hij zijn stijl aanpast aan het seizoen. Ik weet niet hoe hij dat doet, maar hij schrijft echt alsof het herfst, winter, zomer of lente is. De winter wordt weergegeven in één enkele zin: “Vanochtend was de wereld een blanco pagina.”

Een erg mooi boek over eenzaamheid, de band met de natuur, de schoonheid daarvan, maar ook over vriendschap. Ik heb ervan genoten en kijk uit naar ‘De acht bergen‘.

De buitenjongen / Paolo Cognetti / Vertaling Yond Boeke en Patty Krone / Uitgeverij De Bezige Bij / 2018 / 160 blz. /ISBN 9 789403 122304

Irene: Als kind was ik een echte boekenwurm, ik las alles wat los en vast zat. Inmiddels ben ik al vele boeken verder en dat hoeft voor mij niet per sé in bed of stoel, zolang ik maar kan lezen is staand, op een trapje of naast de stoel niet erg.  Ook is het een gewoonte geworden om met een boek de deur uit te gaan: romans, thrillers, feelgood of YA, ik lees het graag.