Een debuut, een zoektocht en vooral een aangrijpend verhaal over identiteit. Broer, de schitterende debuutroman (2012) van Maurits de Bruijn geeft een kijkje in het leven van Wolf, de hoofdpersoon die op zoek is naar zijn verdwenen broer.

De roman neemt je mee op een fascinerende reis naar steden en personages, herinneringen en belevingen, naar de ontwikkeling van een eigen identiteit. Als vijftienjarige had Wolf nog een voorliefde voor computeren en liet hij alles maar op zich af komen. “En toen verdween mijn broer. Het overkwam me. Tien jaar lang.” Om zijn leven weer in eigen hand te nemen besluit hij, mede door de confrontatie met juridische protocollen, op zoek te gaan naar zijn broer. Hij geeft zichzelf daar ruim drie maanden voor. “Ze willen hem dood of levend. Dat is het vonnis.”

In de gegeven drie maanden en vijf weken gaat Wolf op zoek naar broer, maar de tijd vervaagt en wordt ondergeschikt aan het avontuur. Met Wolf als verteller wordt je als lezer meegenomen op een associatieve vlucht tussen herinnering en werkelijkheid, beleving en gedachten, eeuwigheid en vluchtigheid. Vervagende grenzen kleuren Wolfs reis en metropolen als Berlijn, Rome en Tel Aviv omlijsten het geheel. Gevoelens spelen een grote rol in de ontwikkeling van het hoofdpersonage, wat tot veelzeggende namen leidt van andere personages als ‘Donkerblauw’ of ‘Cupcake’.

Dat het verhaal autobiografische overeenkomsten vertoont met Maurits’ eigen leven, zoals op de achterkant vermeld staat, doet geen afbreuk aan het boek. Het is meer een aanleiding voor nog meer lof doordat de pen met verve wordt gehanteerd. Het verhaal en het taalgebruik doen niet opdringerig of gekunsteld aan. De lezer wordt vrij gelaten in zijn beleving en maar lichtjes aan de hand genomen en door het leven van Wolf geleid.

Het boek zet aan tot denken over filosofische vraagstukken en je eigen leven. Want wat hebben gebeurtenissen in het leven voor invloed op je identiteit en je ontwikkeling? Hoe kun je jezelf verhouden tot een herinnering? Een ‘man van verhalen’, zoals Imme Dros treffend schreef in haar Odysseus, man van verhalen, is eigenlijk niet te evenaren. Tevens mag je jezelf niet in de schaduw stellen, want ook jij hebt recht op leven. En toch, wanneer mensen verdwijnen, zegt dat ook iets over de manier waarop zij in herinnering aanwezig zijn? En hoe jij in het leven staat?

Intrigerend zoals een boek zoveel met je kan doen als lezer. Ongenaakbaar is het geenszins. Broer vertelt het verhaal van en voor vele anderen die een dierbare moeten missen. Vanaf de eerste prachtig vormgegeven zinnen kan een lezer meegroeien, via Wolf, in het besef dat krampachtigheid niet helpt om de herinnering levend te houden. Loslaten en eigen maken sterken juist de band dat degene altijd deel zal blijven uitmaken van het leven, ondanks de afwezigheid in fysieke zin. “De kleine ik zit als de binnenste van een matroesjka in me en de buitenste laag verandert.”

Deze recensie is geschreven door Anne-Hilde de Boone, 25 jaar, Masterstudent Jeugdliteratuur aan de Universiteit van Tilburg
Broer / Maurits de Bruijn / Uitgeverij Nieuw Amsterdam / 2012 / 191 p. / ISBN 9789046812945

No Comments

Post a Comment