Over het algemeen vind ik mezelf best een natuurmens. Ik geniet ervan te wandelen, te kamperen en ik ben niet bang voor modder of insecten. Toch zie ik mezelf ook vooral als iemand van de 21e eeuw. Ik kan me niet voorstellen te moeten leven zonder het comfort van een warme douche, het gemak van supermarkten, of de luxe van Google Maps. In prehistorische omstandigheden zou ik niet kunnen overleven. Dit is precies de achtergrond tegen welke De beer zich afspeelt. Schrijver Andrew Krivak schetst een verrassend idyllische post-apocalyptische wereld, waarin slechts een klein aantal mensen overblijft. De dagelijkse realiteit van ons hoofdpersonage, een jong meisje, is het zoeken van eten en schuilplaatsen met haar vader. Zij doen dit in harmonie met de natuur om hen heen – net zo zeer onderdeel van de circle of life als, laten we zeggen, een willekeurige beer.

De beer heeft een aantal unieke eigenschappen, sommige duidelijker dan andere. Eén van deze kenmerken die meteen opvalt is de manier waarop de schrijver dialoog weergeeft. Hij doet dit namelijk niet, zoals gebruikelijk, door middel van aanhalingstekens, maar kiest ervoor om “zei zij, hij zei”-constructies toe te passen. In eerste instantie dacht ik dat dit mij zou irriteren, maar dat bleek niet het geval. Het past namelijk perfect bij de algemene sfeer van het boek. Krivak zet menselijke geluiden zo op hetzelfde niveau als geluiden van de bomen, de dieren, en de natuur in het algemeen. In een boek waarin de relatie tussen mens en natuur op de voorgrond staat, benadrukt deze keuze dus de inhoud.

Bovendien sluit deze vorm van interpunctie perfect aan op een tweede, minder opvallende eigenschap. Het werd mij in de loop van het boek duidelijk dat Krivak uitsluitend beschrijft. Laat me dit uitleggen. Normaal gesproken worden in boeken gedachten en acties gekleurd door bijvoorbeeld aangedikte taal of uitroepen van karakters. Er is daar geen speur van te bekennen in De beer: de zinnen bevatten beschrijvingen van de gebeurtenissen, niets meer, niets minder. Vóór ik dit boek las, zou ik gezegd hebben dat dit tot een droog verhaal zou leiden, maar niets is minder waar. Het verhaal voelt er des te oprechter door. Bovendien moet je niet vergeten dat we ons in de leefwereld van een jong meisje begeven, dat alleen in gezelschap van haar vader is opgegroeid. Alles behalve deze sobere manier van schrijver zou scheef of onecht gevoeld hebben. De onconventionele schrijfstijl blijkt een schot in de roos te zijn.

Technisch gezien is De beer vrijwel perfect. Emotioneel gezien had het op mij daarentegen geen grote impact. Het resoneerde niet op de manier die ik zou verwachten als ik bedenk hoe goed ik dit boek vond. Dit is denk ik persoonlijk, en kan goed compleet anders zijn voor andere lezers. Bovendien ben ik diep onder de indruk van de vaardigheid die Krivak tentoonspreidt. Al met al raad ik dit boek van harte aan; of je nu van fantasy, post-apocalyptische young adult of psychologische romans houdt, De beer heeft het allemaal – en het is nog fantastisch geschreven ook.

De beer / Andrew Krivak / Vertaling Johannes Jonkers / Uitgeverij Querido / 2020 / 176 blz. / ISBN 9789021421872

Lisa: ik studeer aan de TU Delft. Ik lees al sinds ik heel klein ben. Tegenwoordig lees ik vooral veel Young Adult fantasy en Engelse/Nederlandse literatuur, bij voorkeur in het Engels. Tot mijn favorieten behoren de A Court of Thorns and Roses serie, To Kill a Mockingbird, The Remains of the Day en Fangirl. Mijn favorieten wisselen echter nogal per dag en per humeur.

Dit boek kun je meteen bestellen via deze bestellink van Libris.nl

.

.

No Comments

Post a Comment